Radson Vido Manuel d'utilisation

Page 55

Advertising
background image

07

8.0 Hydraulische aansluiting

gelieve, vooraleer u het leidingwerk aansluit, hoofdstuk 3 te raadplegen voor advies i.v.m. het systeemontwerp.

Noot: Om de installatie te vergemakkelijken, bevat de afsluiterkit reeds de leidingaansluitstukken (zie hoofdstuk 15).

Sluit de unit aan op de aanvoer- en retourleidingen. U kan
de leidingen door de vloer laten lopen of door de muur aan
de achterkant van de unit (zie mogelijke opties hieronder).
Aansluitingen G3/4”.
Een rechtstreekse aansluiting op de warmtewisselaar moet met
een rechte aansluiting gemaakt worden zodat het leidingwerk
gemakkelijker binnen in de unit kan geleid worden.
Wanneer u het toestel enkel gebruikt om te verwarmen is
de condensopvangbak die op de draagconstructie onder de

warmtewisselaaraansluitingen gemonteerd is, overbodig. Deze kan
u wegnemen door de twee schroeven van de bevestigingsbeugel
los te draaien. Door dit onderdeel te verwijderen, zal het
installeren van de leidingen, wanneer deze vanuit de vloer komen,
gemakkelijker verlopen.
Als u ook gaat koelen met het toestel, moet u ervoor zorgen dat
de leidingen de condensopvangbak niet raken. Aansluiting op de
warmtewisselaar moet met een rechte aansluiting gemaakt worden
zodat het leidingwerk gemakkelijker achter de condensopvangbak
kan geleid worden.

Leidingloopopties

2-pijpsaansluiting

(Zelfde mogelijkheden voor 4-pijpsaansluiting)

Noot 1: De aanvoerleiding moet aangesloten worden op het
onderste aansluitpunt van de warmtewisselaar.
Noot 2: Er zijn geen afsluitkranen bij de unit geleverd, maar u
moet er wel monteren met het oog op toekomstige servicewerk-
zaamheden. Type en maat van de kranen en hun positie moeten
geschikt zijn voor de toepassing. De kranen moeten geselecteerd
worden volgens de temperatuur- en drukvereisten van het systeem
zonder de drukval uit het oog te verliezen.

Noot 3: Externe leidingen die koud water aanvoeren moeten
geïsoleerd worden. Gebruik indien nodig een geschikt
dichtingsmiddel tegen condenswaterlekkage. Wanneer de aanvoer-
en retouraansluitingen klaar zijn, moeten alle blootgestelde
interne leidingen en afsluitkranen eveneens geïsoleerd worden.

83-108 mm* MAX

* Afmeting van zijkant chassis tot middelpunt leiding.

7.0

8.0

Advertising