Nederlands – Mountfield 4155H Manuel d'utilisation

Page 42

Advertising
background image

42

NEDERLANDS

NL

6.4.1 Algemene veiligheidscontrole

6.4.2 Elektrische veiligheidscontrole

Controleer voor elk gebruik of het bev-

eiligingssysteem werkt..

6.5 Starten

1. Open de benzinekraan. Zie (21:U).
2. Controleer of the bougiekabel(s) op de

bougie(s) is/zijn geplaatst.

3. Controleer of de krachtafnemer uitgeschakeld

is.

4. Houd uw voet niet op het aandrijfpedaal.
5. Starten van een koude motor – zet de gashendel

helemaal in de chokestand.

Starten van een warme motor – zet de gashendel

op vol gas (ongeveer 2 cm achter de choke-

stand).

6. Trap het koppelings-/rempedaal volledig in.
7. Draai de contactsleutel om en start de motor.
8 Wanneer de motor is gestart, duwt u de gashen-

del geleidelijk naar vol gas (ongeveer 2 cm

achter de chokestand) als u de choke gebruikt

hebt.

9. Laat de machine na een koude start niet onmid-

dellijk belast werken, maar laat de motor eerst

een paar minuten warmdraaien. Op die manier

kan de olie eerst opwarmen.

Bij gebruik van de machine altijd vol gas geven.

6.6 Bedieningstips

Controleer altijd of de juiste hoeveelheid olie in de

motor zit. Dit is met name belangrijk bij het werk-

en op hellingen. Zie “Controleer het oliepeil 6.2.

Wees voorzichtig bij het rijden op hell-

ingen. Start of stop niet plotseling wan-

neer u een helling op- of afrijdt. Rijd

nooit dwars over een helling. Rijd van

boven naar beneden en van beneden

naar boven.
Deze machine mag op een helling van

maximaal 10° rijden.

Verminder de snelheid op hellingen en

bij scherpe bochten om controle over de

machine te houden en het risico op kan-

telen te beperken.
Draai bij rijden in de hoogste versnel-

ling en bij vol gas het stuur niet volledig

naar één kant. De machine kan dan

kantelen.
Blijf met uw handen uit de buurt van de

middensturing en de zittinghouder. An-

ders kunt u bekneld raken! Rijd nooit

met de machine als de motorkap open

is.

6.7 Stoppen

Schakel de krachtafnemer uit. Trek de parkeerrem

aan.
Laat de motor 1-2 minuten stationair draaien. Zet

de motor af door de contactsleutel om te draaien.
Sluit de benzinekraan. Dit is vooral belangrijk als

de machine op bijv. een aanhanger vervoerd moet

worden.

Als u de machine zonder toezicht

achterlaat, moet u de bougiekabel(s)

losmaken en de contactsleutel verwij-

deren.
Direct na gebruik kan de motor bij-

zonder heet zijn. Raak de demper, de

cilinder of de koelribben niet aan. Dit

kan ernstige brandwonden veroorzak-

en.

6.8 Reiniging

Om het gevaar op brand te verkleinen

de motor, de demper, de accu en de

brandstoftank vrijhouden van gras,

bladeren en olie.

Onderdeel

Resultaat

Brandstofslangen

en aansluitingen.

Geen lekkages.

Elektrische kabels. Isolatie is intact.

Geen mechanische schade.

Uitlaatsysteem.

Geen lekkages bij aansluitin-

gen.

Alle schroeven zijn vastge-

draaid.

Olieleidingen

Geen lekkages. Geen schade.

Rijd de machine

voor- en achteruit

en laat het pedaal

van de bedrijfsrem

omhoog komen.

De machine stopt dan.

Testrit

Geen abnormale trillingen.

Geen abnormale geluiden.

Status

Actie

Resultaat

Het koppelings-/

rempedaal is niet

ingetrapt.

Krachtafnemer niet

ingeschakeld.

Probeer te starten. De motor

mag niet

starten.

Lopende motor.

Krachtafnemer

ingeschakeld.

De bestuurder

staat op van de zit-

ting.

De krachtaf-

nemer moet

uitschakelen.

Lopende motor.

Verwijder de zeke-

ring.

Zie 20:S.

De motor

moet dan

stoppen.

Advertising
Ce manuel est liée aux produits suivants: