Hoofdstuk 6 problemen oplossen – Brother 4234D Manuel d'utilisation

Page 69

Advertising
background image

27

Nederlands

HOOFDSTUK 6

PROBLEMEN OPLOSSEN

Deze naaimachine is ontwikkeld voor probleemloos gebruik. In de onderstaande tabel worden echter

problemen opgesomd die kunnen optreden als de standaardinstellingen niet correct worden uitgevoerd.

Oorzaak

Persvoetdruk te laag

1. Verbogen naalden of stompe

naaldpunt

2. Verkeerd aangebrachte naalden

3. Met te veel kracht aan de stof

getrokken

1. Verkeerd ingeregen

2. Draad in de knoop

3. Draadspanning te hoog

4. Verkeerd aangebrachte naalden

5. Verkeerde naald

6. Het uiteinde van het

draadwisselstuk zit niet in het

oog van de bovenste grijper.

1. Verbogen naald of stompe

naaldpunt

2. Verkeerd aangebrachte naald

3. Verkeerde naald

4. Verkeerd ingeregen

5. Persvoetdruk te laag

6. Het uiteinde van het

draadwisselstuk zit niet in het

oog van de bovenste grijper.

Draadspanningen zijn niet correct

ingesteld

1. Draadspanning te hoog

2. Verkeerd ingeregen of draad in

de knoop

Oplossing

Draai de stelschroef voor de persvoetdruk rechtsom om

de persvoetdruk te verhogen. (Zie pagina 7.)

Vervang door een nieuwe naald. (Zie pagina 11.)

Breng naalden correct aan. (Zie pagina 11.)

Niet te hard tegen de stof duwen of eraan trekken tijdens

het naaien.

Rijg op de juiste manier in. (Zie pagina 13-18.)

Controleer klospen, draadhouders enz. en

verwijder in de knoop geraakte draad.

Pas de draadspanning aan. (Zie pagina 8-10.)

Breng naalden correct aan. (Zie pagina 11.)

Gebruik correcte naald

Schmetz 130/705H - aanbevolen (zie pagina 11.)

Plaats het uiteinde van het draadwisselstuk in het oog

van de bovenste grijper.(Zie pagina 24.)

Vervang door een nieuwe naald. (Zie pagina 11.)

Breng naald correct aan. (Zie pagina 11.)

Gebruik correcte naald

Schmetz 130/705H - aanbevolen (zie pagina 11.)

Rijg op de juiste manier in. (Zie pagina 13-18.)

Draai de stelschroef voor de persvoetdruk rechtsom om

de persvoetdruk te verhogen. (Zie pagina 7.)

Plaats het uiteinde van het draadwisselstuk in het oog

van de bovenste grijper.(Zie pagina 24.)

Pas de draadspanning aan. (Zie pagina 8-10.)

Verlaag de draadspanning tijdens het naaien van lichte of

dunne stof.

(Zie pagina 8-10.)

Rijg op de juiste manier in. (Zie pagina 13-18.)

Probleem

1. Geen transport

2. Naalden breken

3. Draden breken

4. Overgeslagen steken

5. Geen gelijkmatige steken

6. Stof trekt samen

Advertising