Brother 1034D - Manuel (Page 22)

Naaien
Met naaien beginnen
Zorg dat de machine is ingeregen en trek de
draden tot circa 15 cm achter de persvoet door.
Haal de persvoet naar boven en leg de stof er
goed ondervoordat u begintte naaien. Naai eerst
langzaam een paar steken door het handwiel
naar u toe te draaien.
De Stof wordt automatisch getransporteerd. U
hoeft hem alleen maar in de gewenste richting te
sturen.
Controleer de vorming van de steken (draad-
vlecht) en kijk goed of alle steken gelijk zijn. Als de
steken ongelijk zijn, controleer dan of de draden
correct en volgens de juiste volgorde zijn
ingeregen.
Volg de richtlijnen op het naaldplaatje (1,0 cm, 1,3
cm, 1,6 cm, 2,5 cm) voor consistentie in het
snijden van de stof.
(j) Persvoet
(2) Bovenste mesje
Couture
Pour commencer à coudre
• Enfiler les fils et tirer environ 15 cm de fil derrière
le pied de biche.
» Soulever le pied de biche et placer le tissu bien
au-dessous avant de commencer à coudre. Cou­
dre lentement quelques points en tournant le
volant à la main.
• Le tissu est entraîné automatiquement. Il suffit de
le guider dans la direction requise.
• Vérifier ia formation des points (chaînette de
points) pour voir si elle est bien réguiière. Si ce
n’est pas le cas, vérifier à nouveau que les fils
sont bien mis en place et selon l’ordre indiqué.
• Suivre le guide de tolérance de couture (1,0 cm,
1,3 cm, 1,6 cm, 2,5 cm) pour pouvoir couper
correctement les coutures du tissu.
© Pied de biche
© Couteau supérieur
35
Stof uit de machine
verwilderen
Als de hele naad is genaaid, laat u de machine
onder zeer läge snelheid lopen tot er zieh een
draadviecht heeft gevormd. Knip de viecht op
ongeveer 5 cm van de stof af. Als u een te körte
draadviecht heeft, kunt u de draden voorzichtig
aantrekken.
Pour retirer l’ouvrage
Lorsque la couture est terminée, faire fonctionner
la machine à faible vitesse pour obtenir une
chaînette d’arrêt Ensuite, couper les fils à 5 cm
de l’ouvrage. SI l’entraînement n’est pas suffisant
pour réaliser la chaînette, tirer doucement sur le
fil.
De draad breekt onder
het naaien
Verwijder de stof en rijg de draad opnieuw in de
juiste volgorde in. Bovenste grijper, onderste
grijper, rechternaald en dan de linkernaald. Leg
de stof zo onder de persvoet dat u ongeveer 3-5
cm over de vorige steken naait.
Si les fils se cassent
pendant la couture
Retirer le tissu et remettre les fils en place dans
l’ordre correct: boudeur supérieur, boudeur infé­
rieur, aiguille droite puis aiguille gauche. Remet­
tre le tissu sous le pied de biche et coudre 3à 5
cm sur les points précédents.
--------------------------- LET OP! ------------------------------ ATTENTION
Laat geen spelden in de stof zitten, daar deze
de naalden en mesjes kunnen beschädigen. Ne jamais laisser d’épingles dans le tissu
car elles peuvent endommager les aiguilles
et les couteaux.
36